Je kan om verschillende redenen geen job hebben: op basis van een eigen keuze of niet (geheel) vrijwillig, tijdelijk of (semi-)permanent, ... Dan zijn er andere stappen die je best kan ondernemen.
Als werkzoekende schrijf je je in bij de VDAB als je in het Vlaamse Gewest en bij Actiris als je in het Brussels Gewest woont. Je kan gratis opleidingen volgen, je krijgt een korting op je vervoerskosten wanneer je gaat solliciteren en je kan trajectbegeleiding volgen in je zoektocht naar werk. Je kunt ook bij de werkwinkel terecht.
Je inschrijvingsbewijs van de VDAB heb je nodig bij het aanvragen van een werkloosheids- of wachtuitkering. Om een uitkering aan te vragen, neem je contact op met je uitbetalingsinstelling.
Als je niet aangesloten bent bij een vakbond, dan is de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen je uitbetalingsinstelling.
Meer informatie over de uitkering, krijg je bij je uitbetalingsinstelling of bij de RVA.
De overheid neemt een aantal maatregelen om bepaalde doelgroepen een voordeel te bieden in de zoektocht naar een job. Of je daarvoor in aanmerking komt, kun je nalezen op de website www.aandeslag.be.
Als werkzoekende vrouw mag je geen job weigeren omwille van je zwangerschap. Dit is een ongeldige reden waardoor je je uitkering kan verliezen. Je moet wel de RVA op de hoogte brengen van de zwangerschap, zodat die rekening kan houden met je situatie bij werkaanbiedingen. De zwangerschapsrust is 7 weken facultatief voor de bevallingdatum en 8 weken verplicht na de bevalling. Tijdens deze periode krijg je een hogere werkloosheidsuitkering.
Als werkloze kun je een vrijstelling krijgen indien je mantelzorg wil verlenen aan een familielid of palliatieve zorg aan een vriend of familielid. De mantelzorg kan zijn voor een zwaar ziek gezinslid of familielid tot de 2de graad, of aan een kind met een beperking jonger dan 21 jaar. Deze vrijstelling kan je krijgen voor een periode van ten minste 3 en ten hoogste 12 maanden. Dit kan ook (meermaals) verlengd worden. Palliatieve zorg verlenen kan ten minste 1 en ten hoogste 2 maanden per persoon die palliatieve zorg behoeft. Meer informatie leest u op de website van de RVA.
Alleenstaande ouders die minstens 3 maanden volledig werkloos zijn en vervolgens aan de slag gaan als werknemer of als zelfstandige, kunnen beroep doen op de kinderopvangtoeslag. Ze moeten een arbeidsovereenkomst aangaan van minstens 18 uur per week, voor minstens één maand. De toeslag kan tegemoetkomen in de kosten voor kinderopvang en de verplaatsingskosten. Het gaat om een toeslag van 75 euro per maand die maximaal 12 maanden wordt uitgekeerd.
Voorlopig wordt de kinderopvangtoeslag nog door de RVA uitgekeerd, maar wanneer de zesde staatshervorming van kracht gaat, wordt deze maatregel een verantwoordelijkheid van de Gewesten.
Werkzoekenden die een opleiding volgen bij de VDAB, krijgen de kosten voor de kinderopvang van kinderen die nog niet naar de kleuterschool gaan volledig terugbetaald. De kosten van de buitenschoolse opvang worden vergoed.
Ouders die hun werk opzeggen om tijd vrij te maken voor de opvoeding van hun kinderen hebben normaal gezien geen recht op een werkloosheidsuitkering, omdat ze zelf ontslag genomen hebben (vrijwillig werkloos zijn) en omdat ze niet beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt (omdat ze zich willen engageren voor de opvoeding van hun kind).
Toch geldt er een gunstigere regeling voor deze situatie. Op voorwaarde dat je minstens 6 maanden besteed hebt aan de opvoeding van je kind jonger dan 6 jaar, wordt de referteperiode verlengd bij het aanvragen van een werkloosheidsuitkering. De referteperiode is een periode waarin je minstens bepaald aantal arbeidsdagen moeten hebben gewerkt om een uitkering te kunnen ontvangen. Ook wanneer je deeltijds bent gaan werken om te zorgen voor je kind jonger dan 12 jaar kan de referteperiode worden verlengd. Informeer je verder bij de RVA.
Let wel op: tijdens de periode dat je niet beschikbaar bent voor de arbeidsmarkt, kun je geen uitkering ontvangen en bouw je ook geen pensioenrechten op. Bovendien moet je bij de aanvraag van een werkloosheidsuitkering kunnen bewijzen dat je oude werkgever niet meer bereid is om je opnieuw te werk te stellen.
Afhankelijk van je beroep en de duur van je loopbaan, kan je vanaf je 60 jaar ongeveer gaan uitkijken naar je pensioen. In België is de wettelijke pensioenleeftijd voor werknemers 65 jaar, en volgens de huidige plannen zal dit nog verhogen naar 66 jaar in 2025 en naar 67 in 2030. In geval van sommige (zware) beroepen of lange loopbanen (40+ jaren) kan men vroeger op pensioen gaan. Meer informatie voor werknemers lees je op de website van de Federale Pensioendienst.
Werk je als ambtenaar, dan vind je informatie op jou van toepassing op deze website van de Federale Pensioendienst.
Wanneer je werkt als zelfstandige, moet u eerder de website Sociale Zekerheid Zelfstandige Ondernemers raadplegen.
In alle gevallen kan je de handige website My Pension gebruiken om alle gegevens over jouw wettelijk pensioen te weten te komen, in jouw persoonlijk online dossier.